Auteur: Mr. Luc Mourmans, werkzaam als Senior Expert Belastingadvies bij Newtone Belastingadviseurs B.V.
Met dank aan wettelijke verlofregelingen en eigentijdse arbeidsvoorwaarden heeft de gemiddelde werknemer tegenwoordig minimaal recht op 15 weken (volledig) doorbetaald verlof rond de geboorte en zorg voor zijn of haar kind. De regels over ouderschapsuitkeringen op grond van de Wet arbeid en Zorg (WAZO) zijn de afgelopen jaren sterk uitgedijd. Voor werkgevers en payrollprofessionals is de materie in de loop der jaren ontzettend ingewikkeld geworden. De gevolgen voor grenswerkers die een beroep doen op een ouderschapsuitkering blijven zoals vaak onderbelicht. Dit terwijl het financiële belang sinds de uitbreiding van het betaalde verlof is toegenomen. In dit artikel bespreek ik in vogelvlucht de belangrijkste aandachtspunten voor grenswerkers bij loonbetalingen en uitkeringen die voortvloeien uit ouderschapsverlofsoorten op grond van de Nederlandse WAZO.
Auteur: Gisela Surmann, Rechtsanwältin bij Strick - Rechtsanwälte & Steuerberater (surmann@strick.de)
Bij arbeidsongeschiktheid door ziekte heeft de werknemer het recht om afwezig te zijn op het werk en daarbij heeft hij/zij recht op loondoorbetaling volgens §§ 3 ff EFZG. Dit betekent dat de werkgever in principe verplicht is om het loon volledig door te betalen gedurende in totaal 6 weken voor een en dezelfde ziekte. Er geldt een wachttijd van 4 weken aan het begin van de arbeidsrelatie. Na 6 weken hebben verzekerden met een wettelijke ziektekostenverzekering recht op ziekengeld van het ziekenfonds, dat beperkt is tot 70% van het regelmatige brutoloon.
Auteurs: Jeannet van Vleuten en Miriam Michiels, respectievelijk werkzaam bij HVG Law B.V. (jeannet.van.vleuten@hvglaw.nl) en EY Belastingadviseurs B.V. (miriam.michiels@nl.ey.com)
In de afgelopen periode heeft u er al veel over gelezen en gehoord; wat is nu de status van zelfstandigen en de regelgeving op dit punt? Op 6 september jl. heeft het Ministerie van Financiën de Tweede Kamer per brief geïnformeerd dat vanaf 1 januari 2025 het handhavingsmoratorium wordt opgeheven. Hieronder een kort overzicht van de belangrijkste ontwikkelingen, inclusief de aandachtspunten specifiek voor de grensoverschrijdende zelfstandige.
Auteur: Heike Xhonneux, werkzaam als Legal policy advisor/juridisch beleidsadviseur bij de Sociale Verzekeringsbank (SVB). Dit artikel is geschreven op persoonlijke titel
Enige tijd geleden heeft de Centrale Raad van Beroep (CRvB) een uitspraak gewezen waarbij het gaat om werken vanuit thuis (in Nederland) voor een in Duitsland gevestigde werkgever.(1) In deze uitspraak draait het om twee onderwerpen. Ten eerste de vraag vanaf welk moment betrokkene als ingezetene van Nederland wordt beschouwd dan wel vanaf wanneer haar woonplaats in Nederland was. De tweede vraag gaat over wanneer er sprake is van het verrichten van substantiële werkzaamheden in het woonland in het kader van art 13 van EG-verordening 883/2004.
Auteur: Mr. A.C.W.M. van Dijck, werkzaam als advocaat-partner Arbeidsrecht, Kehrens Snoeks Advocaten & Mediators (dijck@kehrens-snoeks.nl)
Op 11 maart 2024 hebben de EU-ministers van Werkgelegenheid en Sociale Zaken het voorlopige akkoord over de richtlijn Platformarbeid bevestigd. Dit EU-wetgevingsbesluit zou verbetering moeten gaan brengen in de arbeidsvoorwaarden en reglementeert het gebruik van algoritmen door digitale arbeidsplatforms. In dit artikel zal dieper worden ingegaan op de gevolgen van de nieuwe richtlijn.
Auteur: Thomas Dillmann, Rechtsanwalt, Notar mit Amtssitz in Rheine (D), Fachanwalt für Internationales Wirtschaftsrecht, Fachanwalt für Bau- und Architektenrecht bij Alpmann Froehlich (dillmann@alpmann-froehlich.de)
Nederlandse werkgevers die personeel willen werven voor de Duitse markt kiezen vaak automatisch voor toepassing van Nederlands recht in arbeidsovereenkomsten. Dit komt vaak voort uit onbekendheid met het Duitse arbeidsrecht. Het gevolg is dat zij geen gebruik kunnen maken van de voordelen van dat Duitse recht. Wat veel werkgevers niet beseffen, is dat werknemers die gewoonlijk in Duitsland werken, een beroep kunnen doen op de dwingendrechtelijke bepalingen van het Duitse arbeidsrecht. Dit volgt uit artikel 8 lid 1 en 2 van Verordening (EG) nr. 593/2008 ("Rome I"). Een rechtskeuze voor Nederlands recht is slechts geldig zolang de dwingendrechtelijke bepalingen van het Duitse arbeidsrecht niet gunstiger zijn voor de werknemer. Daarom is het niet altijd verstandig om reflexmatig voor Nederlands recht te kiezen.