Nederland gaat met 50 landen gegevens uitwisselen over cryptos. Het Crypto Asset Reporting Framework is op 10 november 2023 getekend en moet belastingontwijking voorkomen. Binnen de EU is hiervoor de DAC 8-richtlijn al aangenomen.
Bron: Ministerie van Financiën, 10 november 2023
Het ‘niet in Nederland belastbaar inkomen’ is door de inspecteur juist vastgesteld door rekening te houden met het niet in Nederland belast pensioen en de aftrekposten. Het NINBI is van belang voor toeslagen en de zorgbijdrage die het CAK vaststelt.
Bron: Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 25 oktober 2023, ECLI:NL:RBZWB:2023:7457
De Europese Commissie heeft beslist dat de 30%-regeling niet in strijd is met het EU-recht. De klacht ziet op de ongelijke behandeling van een 30%-er ten opzichte van een reguliere werknemer voor de belastingheffing en de sociale zekerheid.
Bron: G. Essers, 7 november 2023
H woont in Nederland en is als piloot werkzaam via een Ierse service company. Het loon is belast in Nederland. H kan de kosten niet aftrekken omdat niet bewezen wordt dat de kosten noodzakelijk waren voor de vervulling van de dienstbetrekking.
Bron: Rechtbank Noord-Holland, 14 september 2023, ECLI:NL:RBNHO:2023:10200
R en T wonen in Kroatië en 89,7% van het inkomen is in Nederland belast, dus er is geen kwalificerende buitenlandse belastingplicht. Het is aannemelijk dat Kroatië niet volledig faciliteiten verleent. R heeft dan pro rata recht op de heffingskortingen.
Bron: Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 6 oktober 2023,ECLI:NL:RBZWB:2023:6917
Auteur: Ursula Beste, Steuerberaterin, werkzaam op bureau vaktechniek van EY Duitsland (ursula.Beste@de.ey.com)
Werknemers die niet voltijds maar slechts enkele dagen per week in Duitsland werken, moeten vanaf 2023 rekening houden met een hogere loonbelasting dan voorheen. Dit komt doordat de Duitse belastingdienst haar visie op de berekening van de loonbelasting heeft gewijzigd. Alleen een kleine groep mensen zal waarschijnlijk gespaard blijven van deze nadelige verandering. De aanleiding is de gewijzigde juridische interpretatie van de belastingdienst, die tot uitdrukking is gekomen in de Lohnsteuer-Richtlinien 2023. Betrokken werkgevers moeten de verdere ontwikkelingen op de voet volgen en ervoor zorgen dat ze voldoen aan de toepasselijke regelgeving, om aansprakelijkheidsrisico's te vermijden. Voordat er rechtsmiddelen worden ingesteld of juridische stappen worden ondernomen tegen de wijziging, is het raadzaam om de eventuele kans op succes zorgvuldig te onderzoeken.
Auteurs: Stéphanie Van de Wiele BSc. en Rianne van Halem-van der Linden MSc., respectievelijk werkzaam als intern gecertificeerd belastingadviseur, Senior Manager People Advisory Services bij Ernst & Young Tax Consultants CVBA, België, en Senior Manager People Advisory Services bij Ernst & Young Belastingadviseurs LLP, Nederland
Met veel nadruk op de goede onderlinge verhoudingen tussen beide landen, is op 21 juni 2023 het nieuwe belastingverdrag tussen België en Nederland ondertekend. In dit artikel bespreken we een aantal veranderingen ten opzichte van het bestaande belastingverdrag uit 2001. We richten ons op de wijzigingen die met name voor grensarbeiders van belang zijn. Daarom spitsen we ons toe op de wijzigingen in het artikel voor de vennootschapsleiding en over de roerende inkomsten. Verder besteden we aandacht aan de vraag of – zoals beweerd – onder het nieuwe verdrag inderdaad geen dubbele niet-heffing meer plaats kan vinden, en kijken we naar de beperking van de compensatieregeling. Ten slotte staan we stil bij het vooralsnog uitblijven van een thuiswerkregeling. Naast deze onderwerpen, zijn er nog andere interessante wijzigingen in het verdrag, zoals het vervallen van het professoren-artikel waarin het heffingsrecht gedurende 2 jaar aan het woonland toegewezen wordt. Wij laten graag de mogelijkheid aan andere auteurs om hier een afzonderlijk artikel over te publiceren.
Auteur: Bart Van den Hof, werkzaam bij de Belastingdienst/Corporate dienst Vaktechniek en free-lance docent. Dit artikel is geschreven op persoonlijke titel.
Op 17 augustus jongstleden publiceerde de Staatssecretaris een update van het beleidsbesluit over de middelingsregeling(1). Nieuw in deze versie is een goedkeuring voor de toepassing van de regeling in bepaalde migratiesituaties. Een mooie aanleiding om de middelingsregeling in internationaal verband en natuurlijk de nieuwe goedkeuring eens nader te bezien.
Auteurs: mr. Farhena Chihi en mr. Miriam Michiels, beiden werkzaam bij EY People Advisory Services als loonheffingenspecialist (farhena.chihi@nl.ey.com) en (miriam.michiels@nl.ey.com)
De zzp-problematiek van de afgelopen jaren zal de meeste werkgevers/opdrachtgevers niet zijn ontgaan. De meeste organisaties maken - al dan niet door de krappe arbeidsmarkt onvrijwillig - gebruik van flexibele krachten. Handig, want je hebt snel de gewenste expertise tegen een vooraf afgesproken prijs in huis. Maak je gebruik van een door de Belastingdienst goedgekeurde modelovereenkomst, dan zou je ook met een gerust hart de Wet op de loonbelasting 1964 buiten beschouwing moeten kunnen laten. Want met een modelovereenkomst doe je het goed, tenminste, als er gewerkt wordt zoals is opgeschreven in de overeenkomst. Dit geldt echter binnenkort niet meer voor de modelovereenkomst vrije vervanging. De Belastingdienst heeft namelijk aangekondigd dat de eerder goedgekeurde modelovereenkomsten vrije vervanging per 1 januari 2024 zullen komen te vervallen. Waarom kennen we eigenlijk modelovereenkomsten en wat betekent het vervallen van deze goedkeuring in de praktijk? Wat als een Nederlandse opdrachtgever de modelovereenkomst met een in het buitenland gevestigde zelfstandige in gebruik heeft?
A woont in Nederland en ontvangt van de Duitse DRV een ouderdomsrente. De rente is maar voor 45% belast, omdat maar 45% van de premie in aftrek is gebracht in Duitsland. De overige 55% van de premie was niet aftrekbaar en is feitelijk als loon belast geweest.
Bron: Conclusie A-G Pauwels, 6 oktober 2023, ECLI:NL:PHR:2023:891