Een post-actieve inwoonster van België is in Nederland verdragsgerechtigde en moet de art. 69 ZVW-bijdrage betalen. Dat zij in België geen basisondersteuningsbudget krijgt heeft te maken met het niet in België verzekerd zijn voor de zorg. Het NINBI-formulier moet gewoon ingevuld worden.
Bron: Hoge Raad, 22 maart 2019, ECLI:NL:HR:2019:414
Een in België wonende werknemer heeft een Belgische onzuivere pensioentoezegging. Op basis van het gelijkheidsbeginsel bestaat in de loonbelasting recht op Nederlandse fiscale tegemoetkomingen, omdat in de inkomstenbelasting zonder aanwijzing van de pensioenregeling fiscale tegemoetkomingen worden verleend.
Bron: Gerechtshof ’s-Hertogenbosch 25 januari 2019, ECLI:NL:GHSHE:2019:251
De A-G van het Hof van Justitie is van mening dat een in Nederland wonende werknemer, die uitsluitend een mini-job in Duitsland heeft, in Nederland uitkeringsrechten opbouwt. Belanghebbende is in Nederland als inwoner verzekerd, ook al werkt hij in een andere lidstaat.
Bron: Conclusie A-G Sharpston, 26 maart 2019
Een in Nederland wonende piloot vliegt voor het in het VK gevestigde EasyJet met als standplaats Milaan. De bepaling voor internationaal vervoer is niet van toepassing. Het verdrag Nederland – Italië wijst het heffingsrecht toe aan Italië, omdat de werkzaamheden ten behoeve van een vaste inrichting van Easyjet in Italië worden uitgevoerd.
Bron: Gerechtshof s’Hertogenbosch, 18 januari 2019, ECLI:NL:GHSHE:2019:170
Een uitgezonden ambtenaar heeft bruikleenovereenkomsten gesloten aangaande zijn woning met o.a. zijn stiefdochter. Uit de overeenkomst blijkt dat de woning niet aan derden ter beschikking is gesteld, maar dat is sprake van een kraakwachtsituatie. De woning blijft daarmee een eigen woning gedurende de uitzending.
Bron: Gerechtshof ’s-Hertogenbosch, 31 december 2018, ECLI:NL:GHSHE:2018:5487
Twee buitenlandse studenten willen na hun studie in Nederland gebruik maken van de 30%-regeling. Ze komen niet in aanmerking, omdat ze niet zijn ‘aangeworven uit het buitenland’. Op moment van de totstandkoming van de arbeidsovereenkomsten woonden beiden in Nederland.
Bron: Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 16 augustus 2018, ECLI:NL:RBZWB:2018:5471 en 5470
De in België wonende Maria Vester heeft een vrijwel volledig Nederlands arbeidsverleden. Zij wordt werkloos en krijgt een Belgische werkloosheidsuitkering en wordt dan arbeidsongeschikt. Zij krijgt echter pas na 104 weken ziekte een Nederlandse uitkering. België kent een wachttijd van 52 weken. Dat Vester na week 52 geen uitkering krijgt is in strijd met het EU-recht.
Bron: Hof van Justitie EU, 14 maart 2019, ECLI:EU:C:2019:212
Een waardeverandering van een schuldvordering van een aanmerkelijk belanghouder op zijn BV, ontstaan na de emigratie naar België mag Nederland niet in de heffing betrekken. Het vermogenswinstartikel in het belastingverdrag met België biedt daarvoor geen grondslag.
Bron: Hoge Raad, 15 maart 2019, ECLI:NL:HR:2019:358
Een inwoner van België geniet in box 2 dividend uit zijn Nederlandse vennootschap. Het dividend moet voor de berekening van de 90%-voorwaarde voor de kwalificerende buitenlandse belastingplicht aangemerkt worden als in Nederland belast inkomen.
Bron: Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 7 december 2018, ECLI:NL:RBZWB:2018:6855
Een inwoner van Nederland werkt sinds 2008 voor zijn werkgever in Frans Guyana op een schip. De rechtbank is van mening dat de reisdagen van en naar Frans Guyana geheel moeten worden toegerekend aan Frans Guyana. Er bestaat voor deze dagen recht op een voorkoming van dubbele belasting.
Bron: Rechtbank Noord-Nederland, 19 februari 2019, ECLI:NL:RBNNE:2019:725