De casus betreft een inwoner van Nederland. Ook veel emigranten of buitenlandse belastingplichtigen komen in aanraking met de revisierente bijv. bij de conserverende aanslag. De Hoge Raad heeft beslist dat de in rekening gebrachte revisierente bij de afkoop van een lijfrente niet in strijd is met het Europese Verdrag voor de Rechten van de Mens.
Bron: Hoge Raad, 9 februari 2018, ECLI:NL:HR:2018:167
Een inwoner van Marokko is het niet eens met de door de SVB gehanteerde korting op de AOW van 68%. Bij de behandeling van het bezwaar constateert de SVB dat de in het verleden vastgestelde feiten, zoals de vertrekdatum uit Nederland en de geboortedatum, fout waren. Gevolg is dat het AOW-pensioen nog verder verlaagd is door de SVB. Dat mag volgens de rechtbank.
Bron: Rechtbank Amsterdam, 31 mei 2017, ECLI:NL:RBAMS:2017:3739
De Belgische Minister van Overtveldt heeft vragen beantwoord over de AOW en Nederlandse aanvullende pensioenen. De Minister is het niet eens met de Nederlandse Belastingdienst, dat België Nederlandse aanvullende pensioenen niet kan belasten. De Belgische administratie volgt de Belgische rechtspraak hierover niet en blijft de pensioenen integraal belasten. De Minister geeft aan in overleg te gaan met zijn Nederlandse ambtgenoot..
Bron: Integraal verslag commissie voor de Financiën en de Begroting, 6 februari 2018
Het orgaan van de lidstaat waar werknemers met een A1 verklaring werken, kan bij fraude de A1-verklaring negeren. Men moet dan de andere lidstaat hebben verzocht de verklaring in te trekken in het kader van een gerechtelijk onderzoek, wegens het frauduleus verkrijgen van de A1-verklaring.
Bron: Hof van Justitie EU, 6 februari 2018, ECLI:EU:C:2017:850
Hongaarse werknemers zijn naar Oostenrijk gedetacheerd met een A1-verklaring om daar vlees uit te snijden en te verpakken. Door de A1-verklaring blijven de werknemers sociaal verzekerd in Hongarije. Volgens Oostenrijk en de administratieve Commissie van de EU zijn de werknemers echter in Oostenrijk verzekerd. De Advocaat-Generaal van het Europese Hof van Justitie is van mening dat de A1 geldig blijft totdat Hongarije overgegaan is tot intrekking.
Bron: Advocaat-Generaal van EU Hof van Justitie, 31 januari 2018, nr. C-527/16
Een uit Duitsland ingevoerde auto met 303 kilometer op de teller en zonder gebruikssporen, moet voor de BPM aangemerkt worden als een nieuwe auto. De auto was eerder op een Duits kenteken gesteld ten name van een derde, waar belanghebbende de auto van gekocht heeft. In Duitsland werd de auto aangemerkt als een ‘Gebrauchtwagen’.
Bron: Gerechtshof ’s-Hertogenbosch, 21 december 2017, ECLI:NL:GHSHE:2017:5856
Een aantal inwoners van Nederland die in Duitsland een mini-job hebben (geringfügig Beschäftigte), zijn in Duitsland niet verzekerd voor hun ouderdomspensioen en komen niet in aanmerking voor Duitse kinderbijslag. In Nederland zijn ze ook niet verzekerd, omdat ze in Duitsland werken. De Hoge Raad stelt weer vragen aan het Hof van Justitie EU.
Bron: Hoge Raad, 2 februari 2018, ECLI:NL:HR:2018:126 en ECLI:NL:HR:2018:127
Een inwoner van Nederland werkt als wetenschapper twee jaar aan een Amerikaanse universiteit. Voor de hooglerarenbepaling in het verdrag met de VS is het woonland niet relevant. De grammaticale lezing van het artikel leidt tot heffing in Nederland. Dat toepassing van het OESO-modelverdrag en andere verdragen tot een andere uitkomst kan leiden, maakt dit niet anders.
Bron: Rechtbank Zeeland-West-Brabant, 8 januari 2018, ECLI:NL:RBZWB:2018:93
De Brexit komt dichterbij. 29 maart 2019 is de fatale datum. MKB-Nederland, VNO-NCW, de Rijksoverheid in samenwerking met branches en de banken (ING, Rabobank, ABN-Amro) zijn op 24 januari gestart met de campagne Hulpbijbrexit.nl.Doel van de nieuwe website en de bijbehorende campagne is ondernemers te informeren hoe ze kunnen starten met hun voorbereiding op Brexit. Ook worden antwoorden gegeven op de belangrijkste vragen.
Bron: hulpbijbrexit.nl, 24 januari 2018
Een in Luxemburg gevestigde onderneming stelt arbeidskrachten ter beschikking op binnenvaartschepen. De inspecteur vindt dat sprake is van ter beschikking stelling van arbeidskrachten en vindt dat de onderneming inhoudingsplichtige is. De inspecteur kan de juistheid van de naheffingsaanslagen niet onderbouwen. De naheffingsaanslagen worden daarom vernietigd.
Bron: Gerechtshof ’s-Hertogenbosch, 21 december 2017, ECLI:NL:GHSHE:2017:5846