Y maakt niet aannemelijk dat hij inwoner van Marokko is, ondanks zijn woning en sociaal leven in Marokko. De rechtbank volgt de inspecteur die aannemelijk maakt dat Y een duurzame band heeft met Nederland en daarmee inwoner van Nederland is.
Bron: Rechtbank Den Haag, 15 december 2021, ECLI:NL:RBDHA:2021:14719
De Hoge Raad bevestigt dat bij een woonplaatsonderzoek de inspecteur in vergaande mate privé-aspecten mag uitvragen. Er is dan geen sprake van een fishing expedition, inbreuk op de privacy of een wederrechtelijke informatiebeschikking.
Bron: Hoge Raad, 25 september 2020, ECLI:NL:HR:2020:1473
De inschrijving van arbeidsmigranten in de basisregistratie personen (BRP) is in de praktijk vaak niet goed. Het Ministerie van BZK onderkent het probleem en zet stappen om de kwaliteit van de inschrijving te verbeteren. Later dit jaar komt een plan van aanpak.
Bron: Ministerie van Binnenlandse Zaken, 2 april 2020
Als een niet-inwoner een band met Nederland heeft (gehad) en persoonlijke omstandigheden (verhuizing, huwelijk etc.) wijzigen, geef dit dan door aan het RNI-loket. Men moet wel een BSN hebben. Dit voorkomt formele en administratieve problemen.
Bron: Nieuwsbrief BBZ/BDZ, 19 februari 2020
Volgens de A-G is van een woonplaats en dus duurzame band alleen sprake als een ‘woning’ beschikbaar is. Relevant is of het verblijf duurzaam bedoeld is, niet of het dat ook feitelijk is geweest. Een tijdelijk verblijvende stagiair, expat etc. woont in principe niet in Nederland.
Bron: Advocaat-Generaal Niessen, 17 december 2019, ECLI:NL:PHR:2019:1350
X heeft sterke banden met Nederland en met Turkije. Hij verblijft in beide landen ongeveer 6 maanden. In Turkije bij zijn echtgenote in Nederland bij zijn (klein)kinderen. X heeft een duurzame band met Nederland en is als ingezetene verzekerd voor de Zvw en Wlz.
Bron: Centrale Raad van Beroep, 20 juni 2019, ECLI:NL:CRVB:2019:2021
Het Ministerie maakt na een WOB-verzoek een zevental interne documenten bekend die gaan over de vaststelling van de woonplaats. De documenten geven een inzicht in de informatie die hierover binnen de Belastingdienst circuleert. Ook wordt ingegaan op de termijn waarvoor verdragsverklaringen worden afgegeven.
Bron: Ministerie van Financiën, 17 december 2018
In de aangifte 2014 stelt X dat zijn partner in verdragsland Brazilië woont en op grond van het keuzerecht als fiscaal partner is aan te merken. Bij bezwaar stelt belanghebbende dat de partner in Libanon, een niet-verdragsland, woont en dus geen fiscaal partner kan zijn. Zo ontstaat recht op hogere heffingskortingen als alleenstaande met kinderen. Belanghebbende levert echter onvoldoende bewijs van de woonplaats in Libanon.
Bron: Gerechtshof Amsterdam, 29 november 2018, ECLI:NL:GHAMS:2018:4381
X, Nederlander, bezit In de VS een auto, bankrekeningen, staat daar 7 jaar ingeschreven, verblijft daar regelmatig en heeft een ‘E2-visum’.Hij maakt ook regelmatig gebruik van een appartement(en) in Nederland. Op basis van de feiten is X inwoner van Nederland en heeft hij niet aangetoond in de VS aan de belasting te zijn onderworpen.
Bron: Gerechtshof Den Haag, 30 mei 2018, ECLI:NL:GHDHA:2018:1780
In onderdeel 1 van de nieuwsbrief wordt toegelicht dat per 1 januari 2019 niet-inwoners van Nederland geen recht meer hebben op het belastingdeel van de heffingskorting. De vaststelling van het woonland van de werknemer door de werkgever wordt daarmee belangrijker. Deze wijziging leidt ook tot een toename van het aantal loonbelastingtabellen. Verder zal het niet goed opnemen van het buitenlandse adres, bijv. het tijdelijke Nederlandse adres, van een buitenlandse werknemer leiden tot toepassing van het anoniementarief.
Bron: Belastingdienst, nieuwsbrief loonheffingen 2019, uitgave 1